
Een woord dat ik in mijn studie filosofie in het hoofdstuk ‘ De mens als politiek wezen’ met aandacht inlees. Interessant om stil te staan bij het begrip ‘macht’, die in verschillende geledingen te onderscheiden is.
‘De mens vertoont de neiging ‘machtsdronken’ te worden, met ontaarding in terreur als het ultieme gevolg. Friedrich Nietzsche beschrijft het met beeldende woorden: ‘Niet de nooddruft, niet de begeerte, neen, de liefde voor macht is de demon van de mensen. Al geeft met hen alles, gezondheid, voedsel, woning, ontspanning- ze zijn en blijven ongelukkig: de demon houdt de wacht en wil bevredigd worden. En neemt men alles af en bevredigd men de demon, dan zijn ze bijna gelukkig, zoals mensen en demonen dat nu eenmaal kunnen zijn.’ Machtsdronkenheid – wanneer de wil tot macht zichzelf verliest.
Machtsdronkenheid is een toestand waarin de mens niet langer macht uitoefent met bewustzijn, maar door macht wordt bezeten. Het is geen daad van kracht, maar een verlies van maat. De machtsdronken mens verliest het vermogen tot empathie, nuance en zelfreflectie — hij ziet de ander niet meer als mens, maar als middel of obstakel.
In de geschiedenis herkennen we deze roes in tirannie, onderdrukking, oorlogszucht en ideologische verblinding. Maar ook in het alledaagse: in hiërarchieën waar controle belangrijker wordt dan zorg, in relaties waar dominantie liefde vervangt, in systemen waar succes wordt verward met superioriteit.
Nietzsche’s visie: de wil tot macht
Friedrich Nietzsche (1844–1900) zag de wil tot macht (der Wille zur Macht) als een fundamentele drijfveer van het leven. Niet als een verlangen naar politieke of brute macht, maar als een innerlijke kracht tot zelfverwerkelijking, groei en schepping. Alles wat leeft, zo stelde hij, wil zich uitdrukken, overwinnen, vormgeven — niet per se de ander overheersen, maar zichzelf overstijgen.
“Elke kracht wil zich als kracht uitdrukken,” schreef Nietzsche, “en andere krachten aan zich onderwerpen — niet uit wreedheid, maar uit een drang tot expansie.”
Maar wanneer deze wil tot macht niet gepaard gaat met zelfkennis of waarden, kan ze ontsporen in ‘machtsdronkenheid.’
Dan wordt de mens niet een scheppende kracht, maar een vernietigende. Nietzsche waarschuwde voor dit gevaar in zijn kritiek op de “slavenmoraal” en de “kuddegeest”: wanneer mensen macht zoeken om hun leegte te maskeren, ontstaat destructie in plaats van creatie.
Macht als zelfoverwinning
Voor Nietzsche is ware macht niet het overheersen van anderen, maar het overwinnen van jezelf — je angsten, je kleinheid, je neiging tot wraak of slachtofferschap. De hoogste vorm van macht is volgens hem de kunst om te worden wie je bent, in vrijheid en verantwoordelijkheid.
Daarom is machtsdronkenheid geen teken van kracht, maar van innerlijke armoede. De mens die werkelijk sterk is, hoeft niet te schreeuwen, te onderdrukken of te vernederen. Hij schept, hij draagt, hij lacht — zoals Nietzsche’s Zarathoestra, die zegt: “Ik wil geen volgelingen, maar medescheppers.”
********************************************************************
De roes van macht — en de stille kracht daaronder
Er is een vreemde roes die zelden wordt herkend als gevaar. Ze ruikt niet naar alcohol en komt niet uit een fles, maar ze benevelt scherper dan wijn ooit zal doen. Het is de roes van macht. Niet de zuivere kracht van leiderschap of visie, maar die bedwelmende toestand waarin mensen hun positie verwarren met hun waarde. Een roes waarin iemand hogerop klimt — en het zicht naar beneden kwijtraakt.
Het moment waarop een mens niet langer iets wil betekenen, maar wil beheersen. Wanneer het eigen gelijk belangrijker wordt dan de waarheid, controle belangrijker dan verbinding, en status belangrijker dan dienstbaarheid. En daar wringt het. Want wie niet in verbinding staat met zijn innerlijke kompas, met kwetsbaarheid, met zelfkennis, loopt het risico dat die wil tot vormgeving ontspoort in verwoesting. Dan wordt macht een substituut voor liefde, controle een schild tegen angst.
Wat begint als het verlangen om iets te betekenen, eindigt dan in het ontkennen van de ander. En dat is het moment waarop de machtsroes zijn werk heeft gedaan: als we vergeten dat macht zonder mildheid geen kracht is, maar geweld in nette kleren.
Toch wijst Nietzsche ook de uitweg: mensen kunnen zichzelf herscheppen. Niet door de ander te onderdrukken, maar door zichzelf te overwinnen — door verantwoordelijkheid te nemen, door te scheppen vanuit vrijheid, door licht te brengen in hun eigen schaduw. Zijn Übermensch is geen dictator, maar een mens die geleerd heeft om te dansen met zijn innerlijke tegenstrijdigheden.
Machtsdronkenheid is dus geen teken van macht, maar van verlies van innerlijke oriëntatie. Echte kracht is stil, nederig, uitnodigend. Ze dwingt niets af, maar trekt aan door haar helderheid.
Misschien is dat wel de grootste daad van macht in deze tijd: niet wie het hardste roept, maar wie diep durft te luisteren. Niet wie overheerst, maar wie richting geeft zonder te eisen. De mens die anderen niet kleiner maakt, maar groter door zijn aanwezigheid. Geen slaaf van de roes — maar een meester in het mens-zijn.
De subtiele tekenen van machtsdronkenheid – in de wereld en in onszelf:
* Machtsdronkenheid is zelden luidruchtig in het begin. Ze sluipt binnen als een gevoel van zekerheid, een overtuiging dat jouw visie de juiste is, dat jouw positie vanzelfsprekend is. En voor we het weten, buigt ons handelen zich om — niet meer vanuit verbinding, maar vanuit beheersing. Niet meer om te leiden, maar om te overheersen.
Maar hoe herken je haar — niet alleen in leiders en systemen, maar ook in je eigen handelen?
In de wereld:
* Verheerlijking van leiderschap zonder tegenspraak: Wanneer machtigen omringd worden door ja-knikkers en kritiek wordt gezien als verraad.
* Besluitvorming zonder transparantie: Macht die zich onttrekt aan controle, die geen verantwoording meer aflegt.
* Taal van superioriteit: Wanneer groepen worden gedehumaniseerd, als “zwak”, “dom” of “last”.
* Systemen die onderdrukken in naam van orde: Denk aan wetten of structuren die ongelijkheid bestendigen onder het mom van veiligheid of efficiëntie.
In onszelf als een spiegel:
* De neiging om te controleren in plaats van te vertrouwen: wanneer we anderen sturen uit angst, niet uit zorg.
* Onvermogen om kritiek te ontvangen: als elke vorm van feedback als een aanval voelt.
* De drang om gelijk te hebben, in plaats van te begrijpen: wanneer het gesprek een strijd wordt, geen ontmoeting, geen openhartig en transparante dialoog.
* Verlies van empathie: als we de ander reduceren tot een rol, een obstakel, een “ander”.
***********************************************************************
Het mag duidelijk zijn dat:
Machtsdronkenheid de toestand is waarin macht ons niet meer draagt, maar bedwelmt. Het is de leider die geen tegenspraak verdraagt. De minnaar die controle verwart met liefde. De ouder die gehoorzaamheid eist waar vertrouwen nodig is. De werkgever die dreigt (negatieve macht) et cetera.
De lastigste vorm is die in onszelf. Want hoe vaak dragen we het masker van gelijk? Hoe vaak kiezen we controle boven kwetsbaarheid, manipulatie boven eerlijk gesprek, invloed boven gelijkwaardigheid? Steeds waar we ons beter wanen dan de ander — of erger: belangrijker — kijken we in de ogen van onze eigen machtsroes.
Friedrich Nietzsche waarschuwde al in de 19e eeuw voor deze blinde vlek. In zijn idee van de wil tot macht zag hij niet alleen het verlangen om te overheersen, maar een diepere levensimpuls: de drang om vorm te geven, te scheppen, te groeien. Maar wie zijn innerlijke kracht niet draagt met bewustzijn, loopt het risico dat deze wil ontspoort.
“Wie met monsters vecht, moet oppassen dat hij zelf geen monster wordt.”
Het zijn woorden als een kompas. Want macht, zegt Nietzsche, is pas zuiver als ze gepaard gaat met zelfoverwinning. Niet wie de ander beveelt is groot, maar wie zichzelf overwint — zijn schaduw kent en zijn waarheid draagt, zonder haar op te dringen.
De wereld toont ons dagelijks beelden van machtsdronkenheid: in politiek, in religie, in systemen die rangorde boven rechtvaardigheid stellen. Maar wie goed kijkt, ziet ook de kiemen van een ander soort kracht. Stil. Open. Wijs. De kracht van mensen die niet breken, maar buigen. Die niet heersen, maar dragen. Die niet roepen, maar luisteren.
Liefs Mieke