Geplaatst op Geef een reactie

Van ziel tot ziel – Thomas Moore

Handleiding voor therapeuten en coaches

Wie kent hem niet: Thomas Moore. Het is telkens diepziel-duiken en diepziel-genieten van zijn diep-inspirerende werken.

‘ Het is moeilijk om niet verstrikt te raken in de emoties die omhoogkomen bij bijna iedere poging om anderen bij te staan op hun weg door het leven;

De beste manier die ik ken om niet verstrikt te raken is vanaf het begin neutraal zijn. Vergeet niet hoe snel overdracht plaatsvindt.

Je ontmoet de Duivel of de Schaduw in een geslepen vertegenwoordiger. Een vrouw is gekleed als de Minnaar. Je ontmoet de Moeder in een zorgzaam persoon, ook in een jonge vrouw die je gewoon de weg wijst.

Word zodra je ook maar iets van die betovering voelt neutraal.

Vergeet niet wie je bent: een therapeut en niet gewoon een ander persoon. Je kunt het je niet veroorloven om onbewust te zijn. Je kunt de hele dag en iedere dag zo sereen zijn omdat je een therapeut bent en niet zomaar iemand die therapie geeft.

Of je bent een vriendin die op dit moment toevallig therapeut is en informele therapie geeft aan een medemens.

De Duivel, Schaduw en Minnaar zijn diepe persoonlijkheden die de persoon die je helpt een kleur geven. Het kan zijn dat je zo beïnvloed of gecharmeerd wordt door deze gestalten, of er juist een afkeer van krijgt, dat je de echte persoon niet meer ziet.

Je bevindt je in de mythe en de mensen met wie je te maken hebt zijn mythologisch, of in ieder geval figuren in een roman of toneelstuk.

Als je deze gedachte tot het uiterste doorvoert, is uiteindelijk iedereen een mythologische figuur. Je verbeeldt je altijd van alles, je bent met niemand en nergens vrij van de verhalen die schuilgaan onder je fysieke waarneming. Maar ondanks al deze ruis wil je je werk goed doen en een verantwoord leven leiden.

Al deze complexiteit en al deze betekenisvolle lagen hoeven geen probleem te zijn. Ze geven aan hoe rijk het leven is. Het probleem is dat we meestal in de illusie verkeren dat de wereld die we om ons heen zien de enige echte is, en dat die slechts uit één laag bestaat die we de werkelijkheid noemen.

Maar volgens de archetypische, vooral platonische zienswijze, is er geen enkele werkelijkheid- maar dan ook niet één- die niet voortdurend gekleurd wordt door de levendige verbeelding.

De therapeut verkeert niet in de luxepositie dat ze kan leven en werken in de veronderstelling dat de dingen zo zijn als ze lijken te zijn. Ze kan niet anders dan rekening houden met het rijk van de verbeelding met zijn oneindige stroom aan verhalen, beelden en personages.’

Menselijke interactie zonder een bepaalde mate van overdracht is moeilijk voor te stellen! Het helpt wel als je bekend bent met de dynamiek van overdracht in het algemeen en als je je bewust bent van de precieze aard van de overdracht die meespeelt in iedere therapeutische relatie. Het kan hierbij om allerlei emoties gaan: liefde, haat, jaloezie, medelijden, broederlijkheid of dochterlijke gevoelens, pure zorg. Het helpt als je beseft hoe de overdracht je helpt en hoe het in de weg kan gaan zitten.

Van ziel tot ziel vraagt om bezielde aandacht vanuit het hart, en er is nog zoveel meer. De valkuilen die je ontdekt, zowel als leek en als therapeut. Thomas schetst en benoemt het heel helder vanuit zijn doorleefde ervaringen, zijn ingang is voornamelijk gebaseerd op mythische en archetypische verhalen. Hij brengt ook onderwerpen ter sprake die ons uitnodigen om dieper te kijken naar onze eigen zielswerk om niet te verdwalen in de verhalen van cliënten/klanten en een rol opnemen die niet tot de onze behoort. Maar het is een lastige, in realiteit: overdracht en tegenoverdracht zijn haast niet te vermijden, maar door te herkennen dat het kan gebeuren, kunnen we vanuit betrokkenheid en gepaste distantie een verhaal overschouwen, zodat een cliënt of klant niet hoeft te blijven hangen in het herhalen van verhalen. Een voldoende goede luisteraar en/of therapeut heeft voldoende ziel- en bodemwerk verricht, wat uiteindelijk een dagelijkse opgave is en geen eindpunt kent.

De toepassing op specifieke gebieden als werk, relaties, ouderschap, onderwijs.

Hoe ga je om met kwesties als het ontwikkelen van een eigen therapeutische stijl, omgaan met de schaduwkant van de ander en je behoefte aan zelfzorg.

Voor de leek geldt hetzelfde, dan wel op andere wijze: een goed gesprek helpt in moeilijke tijden, maar hoe sta je degene die jouw hulp nodig heeft écht goed bij?

Ook in dit werk, laat Thomas zichzelf helemaal zien, en in het zelf-doorzien van de mechanismes die heel makkelijk geactiveerd worden, lukt het hem dan wel om het onderscheid te maken in het geven van therapie, maar een therapeut te Zijn.

Zoals hij schrijft vraagt een therapeutische houding om een hoge mate van zelfbewustzijn en het vermogen om gênante zwakheden toe te geven. Zijn advies is altijd dieper te kijken naar de onderliggende verhalen- met gespitste oren te luisteren- je traint jezelf om ‘erdoorheen te kijken’ ( zegt ook Hillman), je ziet hoe de ziel zich uitdrukt in beelden en in interacties. Als je in je hart en nieren therapeut bent, hoef je je vaardigheden niet harder te laten werken als je door een cliënt op de proef wordt gesteld of te maken hebt met een vriend in nood.

Een warme aanrader!

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *