Wat is diepte van begrip?
Diepte van begrip is als je in andermans schoenen kunt staan, als je door de ogen van een ander kunt kijken, als je met de handen van een ander kunt voelen, als je in het wezen van de ander kunt staan, in het centrum van de ander en van hem uit kunt kijken – hoe hij voelt, wat hij voelt, wat hij zegt.
Een weetal is altijd blind, zit altijd te argumenteren. Hij heeft altijd gelijk en de ander heeft altijd ongelijk. Hij discussieert altijd, je gaat walgen van zijn discussies. Hij is altijd arrogant en altijd in de verdediging. Hij kan nergens begrip voor opbrengen. Hij zal wat je ook zegt ontkennen, hij zal nee zeggen omdat hij weet dat er macht schuilt in nee.
Onthoud dit: iemand die de kracht van ja zeggen niet geleerd heeft is nog niet wijs. Hij blijft nee zeggen omdat hij zich machtig voelt altijd als hij nee zegt.
Heb je het al eens gevoeld? Je voelt je je machtig als je gewoon nee zegt. Als je ja zegt voelt dat als een overgave.
‘Ja’ wordt moeilijk en daarom blijf je maar iedereen tegenspreken die iets zegt. Je hebt altijd gelijk. Hoe is dat nou mogelijk? Heel deze wereld, zoveel vormen van bewustzijn, zoveel manieren om tegen het leven aan te kijken… iedereen zou ongelijk hebben, alleen jíj hebt gelijk? Dat lijkt wel een heel erge arrogante en gewelddadige kijk op de dingen. Een verstandig mens begrijpt wel dat iedereen op de een of andere manier gelijk moet hebben.
Op een goede dag werd een soefi mysticus tot kazi benoemd, hij werd tot rechter benoemd. Hij was een wijs man, een man van begrip, wat Lao Tse van diep begrip noemt. Hij kreeg zijn eerste zaak. De eerste partij gaf zijn betoog. Hij luisterde aandachtig en zei toen: ‘Gelijk, absoluut gelijk.’
De griffier van het gerechtshof maakte zich zorgen omdat hij de andere partij nog niet had aangehoord en hoe kan een rechter nou zoiets zeggen als hij de andere partij nog niet gehoord heeft? Daarom boog hij zich naar voren en fluisterde hem in het oor: ‘Ik denk dat u de gang van zaken in het gerechtshof niet kent. Zoiets moet u niet zeggen omdat het een oordeel is, de zaak is gesloten. Terwijl u de andere partij nog niet heeft gehoord! Hoe kunt u nou tegen de ene partij zeggen dat ze gelijk hebben?’
De rechter zei: ‘U heeft gelijk. Laat me de andere partij aanhoren.’
Hij hoorde de andere partij aan, luisterde aandachtig en zei toen: ‘Gelijk, absoluut gelijk.’
Nu dacht de griffier, die man is gek. Hoe konden ze allebei gelijk hebben? Hij boog zich weer voorover en zei: ‘Wat doet u nu? Bent u soms dronken of bent u gek? Hoe kunnen ze nu allebei gelijk hebben?’
De rechter zei: ‘Natuurlijk hebt u gelijk. Hoe kunnen ze nu allebei gelijk hebben?’
Dit is nou een mens van diep begrip, voor wie iedereen gelijk heeft, want hij kan tot in het diepste van jouw wezen doordringen en jouw gezichtspunt ook zien. Hij zit niet gevangen in zijn eigen gezichtspunt, in zijn eigen filosofie, in zijn eigen doctrine. In feite heeft hij die helemaal niet. Hij is een open fenomeen. Hij kan in je komen en door jou heen kijken en zien waarom, waarom jij erop aandringt. Hij kan voelen waarom jij het gevoel hebt dat je gelijk hebt.
Maar zo iemand zal dan een mysterie zijn. Of je zegt dat hij gek is of je zegt dat hij een wijze is die boven de wereld staat en er niets mee te maken heeft om zich met ons leven te bemoeien.